Nepnieuws; misschien is het wel een van de meest gebruikte termen van dit jaar. Donald Trump, de persoon die de term ‘Fake News’ nadrukkelijk onder de aandacht brengt, zei al voor zijn ambtstermijn begon, dat media nepnieuws verspreiden. Dit werd aanvankelijk afgedaan als een hersenspinsel, maar hij lijkt meer en meer gelijk te krijgen.
De schietpartij van een paar maanden geleden in Las Vegas was een van de gebeurtenissen waarover Fake News werd verspreid. Ongecontroleerde informatie verscheen op Google en Facebook. Beide bedrijven hebben er zelfs actief aan bijgedragen dit nieuws te verspreiden. Televisiezenders pikten het nepnieuws eveneens op tot het moment dat er wel geverifieerde informatie naar buiten kwam.
Een ander voorbeeld is de misinformatie die ABC News in een livereportage bracht. Volgens de reporter zou de voormalige veiligheidsadviseur van Trump, Michael Flynn, in aanloop naar de presidentsverkiezingen contact hebben gehad met Rusland. ABC News corrigeerde later de eerdere berichtgeving naar een boodschap waarin zij stelden dat Trump alleen opdracht had gegeven te kijken naar de mogelijkheden om de banden met Rusland en andere ‘hot spots’ aan te halen. Echter, de schade was al aangericht. De aandelenmarkten daalden op het oorspronkelijke nieuws. Nadat duidelijk werd wat er echt was gebeurd, herstelden de beurzen weer.
Trump lijkt dus steeds meer het gelijk aan zijn zijde te krijgen, al doet hij zelf vrolijk mee aan het verspreiden van nepnieuws. Overigens heeft voormalig president Obama ook al eens bij Facebook topman Mark Zuckerberg aangekaart dat nepnieuws en het verspreiden ervan een probleem was. Wat kunnen we nu wel en wat niet geloven? Tijdens een persvoorlichting heeft de woordvoerster van het Witte Huis zelfs aangegeven dat naar haar mening media bewust nepnieuws verspreiden.
Toch rijst de vraag wanneer iets een vergissing is en wanneer een bewuste verspreiding van nepnieuws. Want laten we niet vergeten dat het Witte Huis zelf de inauguratie van Trump als de grootste ooit betitelde terwijl foto’s en video duidelijk laten zien dat er veel minder mensen aanwezig waren dan bij de inauguratie van Obama. Hoe het ook zij, sinds de term nepnieuws echt nieuws werd zijn media hopelijk bewuster geworden van het feit dat verhalen moeten kloppen, dat bronnen worden nagegaan en dat informatie dubbel wordt gecontroleerd.
Waarom vindt nepnieuws zo gretig aftrek? Het probleem zit in de snelheid van de verspreiding. Nepnieuws of onwaarheden worden vaak niet door het grote publiek als dusdanig gesignaleerd tenzij er een grootse gebeurtenis aan vast zit zoals bij de schietpartij in Las Vegas of als een belangrijk persoon zoals president Trump iets zegt. Nieuws wordt vaak snel gedeeld op basis van een pakkende kop zonder dat het publiek het hele artikel heeft gelezen.
Google heeft een fact checker online gezet zodat iedereen ter wereld informatie kan checken. Omdat nepnieuws niet lang standhoudt, zet Facebook alleen artikelen in de news feed in het geval dat de tekst overeenkomt met andere artikelen. Daarmee moet de verspreiding van nepnieuws worden gestopt of in ieder geval sterk worden teruggedrongen. Als alle media samen een muur vormen tegen nepnieuws, zullen kwaadwillenden niet snel in hun missie slagen en doet wat dit betreft ‘fake it till you make it’ niet langer opgeld.
Fotografie: iStockphoto